Vier bijzondere culturele vrouwen

In deze cyclus wordt aandacht gegeven aan vier bijzondere vrouwen:

Camille Claudel (1864-1943), Berthe Morisot (1841-1895) ), Fré Cohen (1903-1943) en Charley Toorop (1891-1955)

Deze vrouwen  hebben een verschillende achtergrond. Waar kun je tegenaan lopen als je als vrouw kiest voor het kunstenaarschap?  

Camille Claudel en Berthe Morisot waren tijdgenoten. Berthe Morisot werd gesteund door haar familie en haar echtgenoot . Dat geldt niet voor Camille Claudel, die 30 jaar lang in een psychatrische kliniek heeft gewoond. Ook kreeg Camille Claudel geen erkenning.  De schilderes Berthe Morisot werd vanuit huis ondersteund om te schilderen. Later werd ze door haar man, Eugène Manet, gestimuleerd om haar werk te exposeren. Hun huis was een ontmoetingsplek van kunstenaars als Degas en Renoir. Charley Toorop die opgroeide in een milieu van kunst en cultuur liep tegen dilemma’s aan, hoewel opgegroeid in een artistiek milieu.  Zij vond het lastig om moederschap en het schilderen te combineren en koos uiteindelijk voor het laatste. Fré Cohen, van dezelfde generatie als Charley Toorop, had een praktisch beroep als grafisch kunstenaar. Zij “rolde” van het een naar het andere tijdens haar kantoorwerkzaamheden.

De cursus geeft eveneens een goed beeld van de historische context.