Aan het eind van deze cursus bereik je niveau B1 van het Europees Referentiekader. Aan het eind van deze cursus kun je:
Spreken, gesprekken:
Spontaan meedoen aan dagelijkse informele gesprekken.
Deelnemen aan bijeenkomsten over praktische problemen in
je omgeving.
Gesprekken voeren om dingen te regelen.
Gesprekken voeren om informatie uit te wisselen.
Telefoongesprekken voeren.
Een verhaal vertellen.
Een presentatie houden voor een groep.
Lezen:
Eenvoudige zakelijke correspondentie begrijpen.
Informatie vinden in langere teksten.
De belangrijkste punten in artikelen begrijpen.
Luisteren:
De belangrijkste punten uit gesprekken begrijpen.
Gedetailleerde aanwijzingen begrijpen.
De hoofdpunten van radio- en tv-programma’s begrijpen.
Een presentatie over een bekend onderwerp volgen.
Schrijven:
Berichten schrijven over allerlei dingen in je dagelijks
leven.
Informatie schriftelijk doorgeven.
Korte verslagen maken.
Als je B1 hebt bereikt kan je inschrijven voor het volgende niveau. Wanneer je geslaagd bent voor niveau B1, kun je het staatsexamen aanvragen, Nederlands als 2e taal, programma 1. Na het behalen van het Staatsexamenprogramma 1 of Programma 2 ben je vrijgesteld van het inburgeringsexamen.